Afbeelding
Foto:

De atoombommen III


De Tweede Wereldoorlog eindigde op 15 Augustus 1945 met de uiteindelijke capitulatie van Japan. Het land had zich overgegeven zes dagen nadat de Verenigde Staten een tweede bombardement met nucleaire wapens had uitgevoerd, ditmaal op Nagasaki. De twee bombardementen leidden tot vele (burger)slachtoffers onder de Japanse bevolking. Het gebruik van de wapens lokte vele reacties uit. Sommige commentatoren prezen de geallieerden voor het gebruik van de wapens, hoe gruwelijk ook, omdat een invasie vanaf zee tot veel meer slachtoffers bij zowel de geallieerden als de Japanners geleid zou hebben. Hoewel de bommen dus grote schade aangericht hadden, ook aan personen die niet actief bij het conflict betrokken waren, zou de keuze om de wapens in te zetten groter kwaad hebben vermeden. Critici van het gebruik van de wapens menen echter dat het gebruik van de wapens inherent immoreel zou zijn geweest, gezien de destructieve aard van nucleaire wapens, of niet nodig zou zijn geweest voor het bewerkstelligen van een Japanse capitulatie. De laatste groep critici meent dat de beslissing van de Sovjet-Unie om Japan aan te vallen bijdroeg aan het overgeven van dat land, gezien het feit dat de Japanners wellicht dachten dat de Westerse geallieerden liever zouden onderhandelen over een conditionele overgave in plaats van een invasie van het hoofdeiland te beginnen. Een dergelijke invasie zou veel slachtoffers hebben veroorzaakt, ook onder de geallieerden troepen. Een onderhandeling en gedeeltelijke overgave zou wellicht mogelijk zijn geweest, ook al lieten de geallieerden doorschemeren dit nooit te accepteren. De reputatie van de Sovjet-Unie zou in dit geval zo grim zijn geweest, dat Japanse leiders hadden gedacht dat de Sovjet-Unie landingen zou lanceren ongeacht slachtofferaantallen, en dat dus overgave de enige uitweg zou zijn.