16 aug. Volop rustende en voedselzoekende lepelaars in polder bij Ochten. Telt u er ook 19? (foto: Henk van der Kooij)
16 aug. Volop rustende en voedselzoekende lepelaars in polder bij Ochten. Telt u er ook 19? (foto: Henk van der Kooij) Foto: Henk van der Kooij

Lepelbekken bij Ochten!

BETUWE - U bent waarschijnlijk wel eens in De Blaauwe Kamer bij Rhenen geweest. De plas bij de vogelkijkhut kent enkele wilgeneilandjes waarin zwarte aalscholvers, blauwe reigers en witte lepelaars broeden.

In de struiken en enkele bomen lagen dit jaar waarschijnlijk ongeveer 130 nesten en ik (Henk van der Kooij) schat het aantal lepelaarnesten voor 2018 op globaal 40. Op de foto staan voedselzoekende en rustende lepelaars – jonge en oude (volwassen) vogels – in water in het westelijk deel van de Gouverneursch polder bij Ochten.

De foto doet Afrikaans aan! Door de droogte staat het water laag en zijn delen van de oever drooggevallen. Maar in het nu ondiepe water is het voor de lepelaar goed toeven. De vogel foerageert al wadend en veegt zijdelings met de snavel door het water tastend zoekend naar prooi: hij lepelt. Vandaar de engelse naam spoonbill (lepelsnavel). De soort leeft van kleine vissen en garnalen en komt zowel bij zoete als bij zoute wateren voor. Duidelijk zal zijn dat hij alleen kan lepelen in ondiepe wateren met een goed te belopen bodem. Ik vermoed dat door het lage water de vissen dichter op elkaar zitten zodat de lepelaars eerder beet hebben. Ik telde op 16 augustus maar liefst 53 lepelaars, waarschijnlijk allemaal vogels van de kolonie in de Blaauwe Kamer. In september en oktober vertrekken de lepelaars weer naar West-Afrika om daar te overwinteren. Op de foto zijn verder tientallen grauwe ganzen en een enkele eend te zien.